)
)
• Trillingvrije installatie
• Lage geluidsbelasting
• Grond- en bentonietafvoer
• Freatisch vlak moet zich minimaal 2 m onder het werkniveau bevinden
• Werfoppervlak voor de bentoniet centrale en stockageruimte noodzakelijk: minimum 300 m²
• Werkruimte mininimaal 15 m uit de as van de wand en 2 m vóór de wand
• Verwijderen van oude massieven en aanvullen met gestabiliseerd zand
• Stabiel, droog en vlak werkplatform nodig
• Wanddikte van 0.5 m tot 1.50 m (0.50 m, 0.60 m, 0.80 m, 1.00 m, 1.20 m en 1.50 m)
• Wanddiepte standaard tot 35 m, uitzonderlijk tot 55 m en meer
• Hoogte kering: mogelijk tot méér dan 20 m
• Waterkering wordt gegarandeerd dankzij een enkele of een dubbele elastische waterstopstrip
• Aanbrengen van geleidebalken noodzakelijk
• Breedte open sleuf: minimaal één grijperbreedte ofwel ongeveer 2.5 grijperbreedtes.
• Een paneel wordt uitgegraven in passen waarvan de twee eerste overeenkomen met de grijperbreedte : 2.85 tot 3.30 m. De laatste pas (middenstuk of merlon) is minimaal 1 m breed.
• De verschillende sleuven worden onderling verbonden middels voegen zodat een doorlopend geheel ontstaat als wand van een bouwput.
• Bovenaan moet een verdeelbalk voorzien worden