Conform de voorschriften van NBN EN1538:1999
1. Graven van paneel met grijper tussen geleidebalken, vullen sleuf met steunvloeistof.
Na uitgraven eerste moot volgt het uitgraven van de tweede moot. De drijfhoogte van de bentonietsuspensie dient op ieder ogenblik tenminste 2 m hoger te zijn dan deze van het freatisch oppervlak in de verschillende watervoerende lagen over de ganse hoogte van de diepwand.
2. Weggraven van de centrale grondstop of ‘merlon’ tussen de twee openingspassen of -moten.
Daarna wordt het paneel volledig ontzand.
3. Uitrusten van één paneel: inbrengen van wapeningskorf en tijdelijk, stalen voegprofiel met waterstopstrip
4. Betonneren met plunjerbuizen en recuperatie van de bentonietsuspensie.
5. Herwinnen voegplank, waterstopstrip blijft - zie detail waterstopvoeg.